Dagboek Hendrik Schroyens, item 15
Transcription
Transcription history
-
left page
gesprongen. Wij besloten dus ook te vertrekken.
en ziedaardus ons maar binnenhebben.
Ons wat opschikken de pakken aan
ge=
bonden, en ziedaar ons reisvaardig, of reisvluchtig.
Ik draaide me rond in
deonze keuken. ik liepnaar mijne werkplaatsen, ik liep naar boven, ik liep naar
voren, naar achter zonder iets te zeggen, het was alsof
het niet ging mijne woning, onzen eigendom waar wij
twaalf volle jaren hadden voor gewerkt en gezwoegd te
verlaten. Meni
ngen traan is mij ontvallen, zonder nog=tans iets te laten merken aan vrouw en kinderen, maar
wat wilt ge, er viel niets aan te doen, en dus moed tegen=
over mijne dierbaren.
Mijn meesterknecht Louis Boschmans was nog
aan zijn werk gebleven om kleinigheden te verrichten.
Ik ging hem verwittigen van ons vertrek. Deze zegde
dat hij niet wilde vertrekken uit Lier als moest hij er
het leven bij inschieten. Op dit gezegde viel er mij een
gedacht te binnen, wat mij misschien wel heeft gered
van totale ruineering. Dit gedacht was het volgende:
Hij zou met vrouw en kind in mijne woning komen
wonen,
enzoo noodig als verrandwoordelijk man optredenalles beschermen, regelen, en verdedigen zooals het behoort.
Ik heb altijd het beste vertrouwen gehad in dezen
right page
werkman, en druk hier openlijk mijne dankbaarheid uit
voor de wijze waarop hij zich van zijn arbeid en plicht
gekweten heeft tegenover ons. Mijn plicht was het
dan ook te doen wat ik kon voor hem. Ik denk die
ten volle,
envoor zooveel het in mijne macht wasaltijd gedaan te hebben, door ondersteuning,
zoo=
lijkverhooging van werkloon en zoovoorts.Mijn gedacht beviel hem ten zeerste, en ziedaar
dus een plaasterken op de wonde. Mijne vrouw beviel die
regeling
ten zeersteuitermate. Wij konden dus vertrekken.Naar waar?? Wisten wij het? Op Gods genade.
Niets belangrijks vergeten? nog papieren of
andere voorname zoeken? Neen alles zooveel mogelijk
in regel. De pakken opgenomen, ik de mijne ... ....
..... maar ziedaar de vrouw aan 't weenen. de
kinderen ook. en daarna ....... mijne pakken
ten gronde, en ik ook. Wij vielen in elkaars armen
schreiden, en schreiden maar door zonder een woord
te spreken, doch dat weenen, onze blikken onze ge=
dachten, beteekenden die niet alles.
Zouden wij nog ooit kunnen weerkeeren?
Zouden wij nog ooit weerzien dit huis waar we
geluk en liefde wisten gehuisd?
Zouden wij nog ooit dit huis, die meubelen, dit
-
left page
gesprongen. Wij besloten dus ook te vertrekken.
en ziedaardus ons maar binnenhebben.
Ons wat opschikken de pakken aan
ge=
bonden, en ziedaar ons reisvaardig, of reisvluchtig.
Ik draaide me rond in
deonze keuken. ik liepnaar mijne werkplaatsen, ik liep naar boven, ik liep naar
voren, naar achter zonder iets te zeggen, het was alsof
het niet ging mijne woning, onzen eigendom waar wij
twaalf volle jaren hadden voor gewerkt en gezwoegd te
verlaten. Meni
ngen traan is mij ontvallen, zonder nog=tans iets te laten merken aan vrouw en kinderen, maar
wat wilt ge, er viel niets aan te doen, en dus moed tegen=
over mijne dierbaren.
Mijn meesterknecht Louis Boschmans was nog
aan zijn werk gebleven om kleinigheden te verrichten.
Ik ging hem verwittigen van ons vertrek. Deze zegde
dat hij niet wilde vertrekken uit Lier als moest hij er
het leven bij inschieten. Op dit gezegde viel er mij een
gedacht te binnen, wat mij misschien wel heeft gered
van totale ruineering. Dit gedacht was het volgende:
Hij zou met vrouw en kind in mijne woning komen
wonen,
enzoo noodig als verrandwoordelijk man optredenalles beschermen, regelen, en verdedigen zooals het behoort.
Ik heb altijd het beste vertrouwen gehad in dezen
Description
Save description- 52.0704978||4.3006999000000405||||1
Den Haag
Location(s)
Story location Den Haag
- ID
- 6363 / 109044
- Contributor
- Dominique Schroyens
Login to edit the languages
Login to edit the fronts
Login to add keywords
- Home Front
- Remembrance
Login to leave a note